Er was een tijd dat de ingenieurs van Porsche de opdracht kregen om een W124 Mercedes-Benz te bouwen. Deze fabrieksbrede, V8-aangedreven 500E was het resultaat.
Wat gebeurt er als een Duitse autofabrikant van het hoogste niveau een ultieme versie van hun populaire W124-chassis wil uitbrengen, maar hun eigen middelen simpelweg te beperkt zijn om het alleen aan te kunnen? Welnu, ze halen hulp in van een andere gewaardeerde Duitse autofabrikant, vooral een die niet in hetzelfde segment concurreert. Dit is precies wat er gebeurde in 1989 toen Mercedes-Benz al hun ingenieurs liet focussen op de ontwikkeling van de statige nieuwe S-klasse.
Gedurende die tijd had de Porsche-fabriek veel extra tijd omdat de stuwende kracht van Stuttgart financiële problemen had na meerdere mislukte productlanceringen. Dit creëerde een perfecte gelegenheid voor samenwerking tussen de twee Duitse autofabrikanten, en Mercedes contracteerde uiteindelijk de zeer bekwame bouwers van de legendarische 911 om het populaire Mercedes W124-chassis te herwerken, zodat een stevige 8-cilindermotor en een heavy-duty ondersteunende aandrijflijn konden worden geïnstalleerd in de fabriek.
Om dat te doen volgens de hoge Duitse precisienormen, zou het hele chassis en de ophanging opnieuw moeten worden ontworpen. Het simpelweg plaatsen van een grote 5,0-liter V8-motor in de bestaande W124 zou resulteren in een voorzware auto die hard zou ondersturen in de bochten en in het algemeen niet zou reageren. Om een auto mogelijk te maken die echt goed kon sturen en sturen met een grote V8 vooraan, verbreedde Porsche de voorste spoorbreedte van de auto, wat een meer responsieve besturing mogelijk zou maken.
Omdat de Porsche-ingenieurs de framerails en de positionering van de voorwielophanging veranderden om plaats te bieden aan de 5,0-liter krachtcentrale, pasten de wielen niet in de fabrieksmagere carrosserie van de W124. De voor de hand liggende oplossing was het herontwerpen van de carrosserie van de 500E. Dit resulteerde af fabriek in bredere stalen spatborden; Dit leverde echter nog een ander probleem op: de door Porsche opnieuw ontworpen W124-carrosserie zou niet eens passen in de originele assemblagelijninrichtingen in de Mercedes-Benz-assemblagefabriek in Sindelfingen.
Op dat moment was het logischer voor Mercedes om de 500E met de hand te laten bouwen door de deskundige vakmensen in Porsche’s “Reutter-Bau” -fabriek in Zuffenhausen.
Elk voertuig en zijn onderdelen werden meerdere keren door Duitsland vervoerd tussen de Porsche- en Mercedes-fabrieken om de montage van de 500E mogelijk te maken. Eerst zou Mercedes het chassis bouwen, daarna zou het met vrachtwagenladingen onderdelen naar de Porsche-fabriek in Stuttgart worden getransporteerd, waar de belangrijkste componenten met de hand werden geïnstalleerd. Na montage werden de auto’s met vrachtwagens naar de Mercedes-fabriek in Sindelfingen gebracht voor een laklaag.
Nadat de lak droog was, werden de auto’s teruggereden naar Porsche’s “Rössle-Bau”-fabriek in Zuffenhausen, zodat de technici het interieur, de ophanging en de aandrijflijn met de hand konden monteren met dezelfde precisie die ze in de legendarische 911 hadden gestopt. 500E-carrosserieën werden vervolgens helemaal terug naar Mercedes in Sindelfingen vervoerd voor eindinspectie vóór levering.
Het verbazingwekkende is dat dit hele complexe proces van begin tot eind slechts 18 dagen in beslag nam, en de Porsche-fabriek bouwde elke dag tussen de acht en twaalf van deze auto’s.